Aanleg Gerard’s Voedselbos

Op 15 november 2024 is voor wat Gerard’s voedselbos moet worden, de eerste boom geplant door Ger Feskens, eigenaar van de voormalige vuilstort Bollendonk en Thijs Martens van Statkraft, de exploitant van zonnepark Bollendonk. Voor de aanleg van het zonnepark op de voormalige vuilstort moesten de daar spontaan gegroeide bomen en struiken wijken. Deze ‘natuur’ moest van de vergunningverlener (provincie en gemeente) op een andere plek gecompenseerd worden. Daarvoor werd onderaan de voormalige vuilstort – aan de hand van een ontwerp van een landschapsarchitect – door de vrijwilligers van het MEC een oppervlak van ±1,5 hectare nieuwe natuur aangelegd met speciale aandacht voor marterachtigen. Onderzoek had namelijk uitgewezen dat de steenmarter in het gebied actief was en zijn leefruimte zou in de knel kunnen komen door de nieuwe ontwikkelingen, de aanleg van het zonnepark met 10 ha zonnepanelen. Op de 1,5 ha compenserende natuur zijn takkenrillen en -hopen aangelegd met daaronder schuilmogelijkheden voor de marterachtigen. Daaromheen zijn door onze vrijwilligers vele bomen en struiken geplant en is een bloemen- en kruidenrijke strook ingezaaid.

Deze 1,5 ha was nog niet genoeg om als compenserende maatregel te gelden voor de 10 ha zonnepanelen op de voormalige vuilstort. Om dat aan te vullen werd een kavel in de buurt van het park met een oppervlak van 1,3 ha aangewezen, dat ook in eigendom is van Ger Feskens. Op ons verzoek en met toestemming van de provincie is die compenserende natuur uitgevoerd in de vorm van een voedselbos. Weliswaar is ook nu rekening gehouden met onder andere marterachtigen. In de strook aan de rand van het perceel is bosperceel aangelegd met op een aantal plaatsen een forse takkenril. Om het perceel geschikt te maken voor de aanleg van een voedselbos is aan de zuidkant een poel gegraven en is de rest van het perceel op afschot gemaakt naar de poel toe. De grond bestaat voornamelijk uit klei en in de winter blijft er veel water staan. Fruitbomen kunnen niet met de wortels in het water staan, daar houden ze niet van. En notenbomen al helemaal niet.

Na de eerste boom op 15 november 2024 zijn er nog 120 appel-, peren-, pruimen- en notenbomen geplant. Daartussen zijn 210 bessenstruiken geplant zoals witte en rode aalbessen, zwarte, kruis- en jostabessen. Om de bomen te beschermen tegen vraatschade door hazen en reeën zijn de stammen omzwachteld met een biologisch afbreekbare krul. Een aantal struiken is met gaas afgeschermd en er zijn wilgentenen geplant als alternatief voor de reeën en hazen. Daar wordt inmiddels dankbaar gebruik van gemaakt.

Een voedselbos zou na zo’n 7 jaar – behalve oogsten – geen onderhoud of hulp van mensenhanden meer nodig hebben en zichzelf moeten bedruipen. Tot die tijd zijn we druk met het geven van water in de droge zomerperiodes, het af laten vloeien van teveel water in de winter, het vervangen van bomen en struiken die het niet gehaald hebben, het aanvullen van nieuwe soorten, eetbare struiken en bodemgewassen als kruiden.

Waarom willen we als MEC dit? We gebruiken het voedselbos als educatiemogelijkheid en in de toekomst ook voor dagbesteding. Het educatiedoel van het MEC draait om de bewustwording van wat een mens eet. Is het gezond, is het genoeg, is het duurzaam zijn dan de vragen die bij je op moet komen.

Hans Wierema